Na een periode van winterrust kijken veel paarden weer uit naar beweging, buitenlucht en hernieuwde activiteit. Maar terwijl zadel en training langzaam terugkeren, krijgt het voerplan vaak nog te weinig aandacht. En dat is riskant. Want wie voeding en arbeid niet samen opbouwt, loopt kans op koliek, spierafbraak of gedragsproblemen. Deze drie fouten zie ik in de praktijk het vaakst – en ze zijn gelukkig makkelijk te voorkomen.
1. Te snel opbouwen met krachtvoer
Een veelgemaakte denkfout: “Meer werk = meer brok.”
Maar wat is ‘meer werk’ eigenlijk?
Voordat je voeding aanpast, moet eerst duidelijk zijn welke arbeid het paard werkelijk verricht: is het stappen aan de hand, of dagelijkse intervaltraining? Een correcte inschatting van de workload is cruciaal om oversuppletie of tekorten te voorkomen.
Het verteringsstelsel van een paard dat wekenlang op rust stond, heeft tijd nodig om zich aan te passen. Een abrupte verhoging van zetmeelrijke voeders vergroot het risico op verzuring, koliek of stressgedrag. Bouw dus eerst de arbeid rustig op, geef het lichaam tijd om weer in balans te komen, en start met licht verteerbare energiebronnen zoals pulp, olie of luzerne. Pas wanneer de belasting duidelijk stijgt, volgt het rantsoen — stap voor stap.
De spieropbouw overschatten — of verkeerd sturen
Training is niet hetzelfde als spieropbouw. En eiwit bijgeven is geen garantie op resultaat. Zonder voldoende lysine, beweging én herstelmomenten verandert extra eiwit gewoon in dure mest. Kies voor eiwitbronnen van hoge biologische waarde en stem ze af op het werk dat écht geleverd wordt.
Geen regelmatige rantsoenanalyse
De overgang van winter naar lente gaat vaak gepaard met veranderingen in arbeid, weidegang en lichaamsconditie. Toch passen veel eigenaars hun rantsoen pas aan als het misloopt. Door om de twee à drie weken kritisch te kijken naar mest, gedrag, spierontwikkeling en lichaamsgewicht, blijf je voor op problemen – in plaats van ze achteraf te moeten oplossen.
Conclusie:
Je paard opnieuw in training brengen vraagt méér dan beweging alleen. Een doordachte opbouw van het rantsoen voorkomt veel ellende en ondersteunt spierherstel, darmgezondheid en mentale balans. Voer je paard niet op goed gevoel, maar met inzicht.