De mest, het gedrag én de hoeven van je paard zijn vaak de eerste signalen dat er iets verandert in de vertering, stofwisseling of het algehele welzijn. Tijdens de overgang naar gras kunnen schommelingen optreden door:

• plots hogere suiker- en fructaangehaltes

• gewijzigde microbiële balans in de darmen

• overprikkeling door energiepieken

• veranderde circulatie en belasting in de hoeven

Let vooral op:

Mest

• Waterig, brijachtig of juist brokkelig

• Zure geur of afwijkende kleur (lichtgroen, donkerbruin)

• Opvallende gasvorming of winderigheid
  
  

• Veranderde frequentie of aandrang

Gedrag

• Snel geprikkeld of hyperactief

• Teruggetrokken, stil of sloom

• Overgevoelig bij aanraking of borstelen

• Onrust door gasdruk of buikkrampen
  
  

• Bijterig, nerveus of schrikachtig

Beweging & eetlust

• Stijfheid bij het opstarten

• Terughoudendheid in beweging

• Verminderde of wisselende eetlust

• Minder kauwen of langzamer eten

Hoeven

• Warme of pulsatie voelbaar

• Schrikreactie bij uitkrabben

• Veranderde stand of scheef belasten

• Opeens brokkelige, zachte of gevoeligere hoeven

Hoe sneller je deze signalen opvangt, hoe beter je kunt bijsturen met voer, tijdstippen of weide-opbouw.