Er zijn van die dingen die te mooi klinken om waar te zijn. Eén brokje dat alles bevat wat je paard nodig heeft. Gemakkelijk, volledig, wetenschappelijk uitgebalanceerd. Een magische mix die belooft dat je nergens meer naar hoeft om te kijken. Alleen… zo werkt voeding niet. En fysiologie al helemaal niet.
Eén brok voor ieder paard? Alsof je elke mens hetzelfde dieet geeft
Laat me je meenemen in een gedachte-experiment. Stel, jij zou elke dag exact hetzelfde kant-en-klare menu voorgeschoteld krijgen. Altijd evenveel, altijd hetzelfde. Zou dat je gezond houden? Waarschijnlijk niet. Je lichaam heeft variatie nodig, flexibiliteit, afstemming op je fysieke én mentale belasting. En paarden zijn daarin niet anders.
Toch zie ik het in de praktijk voortdurend gebeuren. Stallen waar elk paard exact dezelfde allround brok krijgt, ongeacht leeftijd, arbeid, medische voorgeschiedenis of toegang tot ruwvoer. En als er iets misgaat, gooien we er nog een supplement bovenop. Want dat is het idee dat diep zit ingebakken: problemen los je op met een pilletje – of een poedertje.
“Volledig volgens de richtlijnen” is zelden volledig
Veel commerciële voeders claimen ‘compleet’ te zijn, maar baseer je dat op de voedingsnormen van NRC of CVB, dan zit je al snel met gaten in het verhaal. Belangrijke spoorelementen zoals selenium, jodium of zink ontbreken of zitten in discutabele vormen. Verhoudingen kloppen niet. Of er wordt gewerkt met synthetische vulstoffen die de opname juist belemmeren.
En dan heb ik het nog niet over de interacties tussen nutriënten. Calcium beïnvloedt de opname van zink, koper concurreert met ijzer, mangaan kan selenium in de weg zitten… Eén standaardbrok kan dus op papier ‘alles’ bevatten, maar dat zegt weinig over wat het lichaam effectief opneemt en gebruikt.
Echte voeding is contextueel, niet standaard
Een brokje op zich is nooit goed of slecht. Het gaat om de context. Wat krijgt het paard aan ruwvoer? Hoe is de kwaliteit van het hooi of gras? Wordt er gewerkt? Is er stress? Hoe ziet de mest eruit? Wat zegt het bloedbeeld? Welke signalen geeft het paard zelf?
Wie daar niet naar kijkt en enkel op een zak voeder vertrouwt, voedt op goed geluk. Alsof je blind in een kast grijpt en hoopt dat het juiste eruit komt.
Balans bereik je niet met één brok
Goede voeding is als het stemmen van een orkest. Het vraagt afstemming, nuance en een geoefend oor voor wat uit de toon valt. Een magnesiumtekort los je niet op door zomaar magnesium toe te voegen. Evenmin werkt ‘een balancer’ als wondermiddel als het ruwvoer zelf uit balans is.
De mythe van de magische mix is hardnekkig. En begrijpelijk. Het is makkelijk. Het biedt schijnzekerheid. Maar wie verder kijkt, ziet dat échte gezondheid begint bij begrijpen, bij analyseren, bij durven aanpassen. Niet bij ‘gewoon hetzelfde blijven geven, want dat krijgt hij al jaren en hij doet het er goed op’.
Voeding moet afgestemd zijn op het paard, niet andersom
Daar zit de essentie. Niet het paard moet passen bij het voer, maar het voer bij het paard. En dat verandert. Door seizoenen, door leeftijd, door werk, door gezondheid. Een magische mix die dat allemaal tegelijk afdekt, bestaat niet.
Wie dat durft erkennen, zet de eerste stap naar écht voeden. Niet vullen. Voeden!
I am mira
I am that woman who constantly loses her glasses, forgets her keys, never finds her phone. But my opinion? I always have it ready.
Half wolf, half woman - literally in my Facebook profile picture, figuratively in everything I do. I am someone of extremes. Intuitive and astute. Calm and storm. Silence and voice. Soft to what is vulnerable. Tough on what deliberately damages. I am not a perfect version of myself. An honest one, though.
I work with people, systems, food, chaos and vision. Sometimes with horses, often with principles. I believe in truth over diplomacy, and in nuance without wooliness.
Here I share what concerns me. What chafes, what moves, what knocks. Welcome to my head. It's a little wild there - but always real.
#more than power supply #MIRA