Gras voor paarden: kies bewust

Je bodem is in kaart gebracht: pH, Ca/Mg/K-verhoudingen, organische stof en textuur. Daarmee heb je de basis gelegd voor gezond gras. De volgende stap: welk gras groeit erop, en wat is écht geschikt voor jouw paarden?

Niet elk gras is hetzelfde. Wat koeien voedt, kan paarden overbelasten, met verhoogd risico op hoefbevangenheid, insulineresistentie, koliek of onrustig gedrag. Door bewust te kiezen voor de juiste soorten, bescherm je hun gezondheid en optimaliseer je de voedingswaarde van je weide.

1. Snelle groeiers vs. lage-suiker soorten

  • Snelle groeiers (bijv. Engels raaigras, Italiaans raaigras):
    • Groeien snel bij vocht en warmte.
    • Produceert veel blad en suikers (glucose, fructaan).
    • Goed voor snelgroeiend hooiland, maar kan bij paarden pieken in bloedsuiker veroorzaken.
  • Langzaam groeiende of rustiger soorten (bijv. Timothy, veldbeemdgras, eetbaar ruwbeemdgras):
    • Groeien geleidelijker en produceren minder suikers.
    • Geschikt voor paarden die gevoelig zijn voor suikerpieken of insulineresistentie.
    • Biedt betere structuur voor vezelconsumptie en gezonde spijsvertering.
  • Wetenschappelijke onderbouwing:
    • Onderzoek toont aan dat variatie in fructaan- en suikergehalte afhankelijk is van soort, groeistadium en omgevingsfactoren (temperatuur, dag-nachtverschillen).
    • Hoge fructaanpieken ontstaan vooral in vroege lente en nazomer bij koude nachten en zonnige dagen.

2. Paardenmengsels kiezen

  • Begrazing:
    • Kies gras met langere structuur, minder blad en lage suikerproductie.
    • Mix van rustiger groeiers en een kleine hoeveelheid snelle groeiers zorgt voor balans tussen draagkracht en voedingswaarde.
  • Hooiland:
    • Voor hooiproductie kan je kiezen voor iets rijkere energiemengsels.
    • Timing van maaien beïnvloedt suiker- en eiwitgehalte:
      • Vroeg maaien → hoger eiwit, minder vezel.
      • Later maaien → meer structuur, lagere suiker.
  • Seizoen en bodemtype:
    • Zandgrond droogt sneller uit → kies soorten die droogte kunnen verdragen.
    • Klei → houdt vocht vast → kans op verzadiging en wortelziektes, kies soorten die hiermee omgaan.
    • Hou rekening met fructaanpieken in de lente en nazomer: pas begrazingsdruk en tijdstip van maaien aan.

3. Impact op paardengezondheid

  • Hoog suiker/fructaangehalte:
    • Kan leiden tot hoefbevangenheid, insulineresistentie of gedragssymptomen zoals rusteloosheid of schrapen.
  • Laag suiker/fructaan, vezelrijk gras:
    • Ondersteunt stabiele bloedsuikerspiegel en energiebalans.
    • Bevordert gezond kauwen, speekselproductie en maagdarmfunctie.
  • Praktisch advies:
    • Observeer je paard: hoe reageert hij op verschillend gras? Gewicht, gedrag en mestkwaliteit geven feedback.
    • Wissel soorten in de weide: meng snelle groeiers voor draagkracht met rustiger soorten voor stabiliteit.

4. Tools & downloads

  • Grassamenstelling-checker:
    • Voer type gebruik (begrazing / hooiland), bodemtype en paardengevoeligheid in.
    • Krijg een advies voor mengselkeuze, aangepast aan jouw specifieke situatie.
  • FructanAlert: Equi Nutri College > Toolbox

5. Extra tips

  • Observeer en noteer wat je paarden eten en hoe ze reageren.
  • Combineer snelle en langzame groeiers in een mix om draagkracht, voedingswaarde en diversiteit te optimaliseren.
  • Houd rekening met seizoensinvloeden: vorst, droogte, warme dagen en koude nachten beïnvloeden fructaan- en suikergehalte.
  • Werk samen met een expert of voer periodiek een kleine analyse uit van suiker- en fructaangehaltes in je gras voor gevoelige paarden.

Gerelateerde berichten

error: De inhoud van deze website is beschermd!